Periodiek plaatsen wij een interview met een bekende Nederlander over de liefde voor hun huisdieren. Voor deze editie spraken we met  Roos Schlikker. Journaliste, columniste voor Libelle en het Parool, auteur van o.a. “Dit komt nooit meer goed” en “Het eerst miljoen is het moeilijkst”, tafeldame op tv, schuift vaak aan bij radio 1 en in podcasts. Kortom een bezige bij. Haar gezin met man en kinderen is compleet met de 4 katten en een hond.

“Als we het nú niet doen, komt het er niet meer van”

We treffen Roos tijdens haar wandeling in Amsterdam met een lieve en knuffelige Frenkie, de Pomsky. (een kruising tussen een Pomeriaan en een Siberische Husky.)

“Ik wilde al langer een hond maar mijn man speelde zijn veto steeds uit. In de coronatijd zeiden we: als we het nú niet doen, komt het er niet meer van! Mijn man stemde toe en we gingen rondkijken. “In die tijd liep ik tegen het ras: “Pomsky” aan. Wat een leuke hond is dat! Na een afspraak om te gaan kijken mochten we wachten tot er een nestje was. En daar was Frenkie.”

 

“Hier is plek voor allemaal”

Naast Frenkie hebben Roos en haar gezin ook 4 katten. Twee broertjes van zeven jaar en twee zusjes van acht jaar. De katten en de hond ‘dulden elkaar’. “Frenkie heeft met 1 van de katten een beetje mot. Dan jaagt hij er achteraan, door alle verdiepingen van het huis. Heeft die kat ook weer even beweging”, verteld Roos met een lach. Zo ernstig is het allemaal niet. Een lekkere beesten-bende  in haar woning in Amsterdam. “Hier is plek voor allemaal”

“Er moet uitgebreid geknuffeld worden”

Als we vragen naar de band met haar huisdieren geeft Roos aan dat ze blij is met haar katten en met haar hond gaat ze op avontuur. “Hij is een hele trouwe, loyale enlieve hond. We zijn allemaal gek op dat beest.

Hij slaapt bij ons op de slaapkamer. Ik hoor hem dan zijn geluidjes maken als hij wakker wordt.

Er moet dan uitgebreid geknuffeld worden. Komen de kinderen er ook nog eens bovenop. Heerlijk.

Hij gaat niet perse mee naar mijn werk maar hij gaat wel mee lunchen of uit eten. Bij het woord: ‘lunch’ springt hij al op. Hij hoopt dat er een hapje voor hem bij zit.”

 

Met zijn allen schaatsen in het Amsterdamse bos”

Frenkie is nog maar vier, maar we vragen Roos naar haar mooiste herinnering tot nu toe met hem. “In de eerste winter dat we hem hadden lag er zowaar sneeuw en ijs. Frenkie is een halve husky, dus hij houdt ontzettend van kou. Hij lag het liefst de hele nacht in de sneeuw op het balkon. Met mijn kinderen en Canadese man, die ook ‘op schaatsen geboren is,’ zijn we naar het Amsterdamse bos gegaan om te gaan schaatsen. Frenkie was helemaal gelukkig.”

Parvo was bijna einde oefening”

 

 

Het gezin maakte mooie geluksmomenten mee met hun gezelschapsdieren. Alleen is dat niet vanzelfsprekend. Frenkie kreeg, ondanks de inentingen, een flinke besmetting met Parvo. (Parvo is een virus dat tot ernstige klachten kan leiden met diarree, braken, koorts). “Frenkie was erg ziek, bijna einde oefening! Voor het eerst kwamen we in aanraking met een dierenziekenhuis. Kosten maakten niet uit, die hond wil je helpen!

Er bleek van nature een gebrek aan een bepaalde vitamine te zijn. Hij at totaal niet meer en Frenkie, gek op lunch, ging pas op het laatste moment, brokje voor brokje weer wat eten. We hebben echt geluk gehad.”

Toen hij ziek was hadden mijn man en ik het de hele tijd over updates. ‘Zat er nog bloed bij de ontlasting? Nou hij keek al wat levendiger uit zijn ogen vandaag’. Net als dat je kind ziek is. We konden het nergens anders over hebben.

Ik heb geen ervaring met kanker maar als het zou spelen wil ik alles uit de kast trekken. We hebben nu meegemaakt hoe wij ‘van de leg waren’ met dat Parvovirus. Blij dat er een dierenziekenhuis bestaat!”

 

“Allemaal in de hondenmand”

We vragen hoe haar kinderen met Frenkie omgaan. “Ik vind het belangrijk kinderen met dieren op te laten groeien. Liefde voor dieren meegeven vind ik iets moois. Je moet ergens voor zorgen en verantwoordelijkheid voor dragen.

Een hond heeft ook een troostende werking. We hebben een belachelijk grote hondenmand. Daar pas je als mens bij. Als iemand zich niet lekker voelt of een rotdag heeft kruipt die lepeltje-lepeltje bij Frenkie ín die mand. Dan is ineens alles weer goed. Niks is meer belangrijk. Je ligt in de veilige beschutting van die mand met een beest wat alleen maar blij is dat je er bent. Frenkie-therapie! Heel helend.”